Wie Rome bezoekt, komt onvermijdelijk langs de San Pietro in Vinculi basiliek, waar men de wereldberoemde Mozes van Michelangelo kan bewonderen.
Die Mozes maakt deel uit van een grotere beeldengroep. En bovenaan die beeldengroep staan twee vrouwen: Maria en Martha. Maria staat er uitgebeeld als de contemplatieve vrouw, een en al oor en aanbidding. Je zou verwachten dat Martha dan als de superactieve vrouw wordt voorgesteld, haast een prototype van de moderne, gestresseerde westerlinge van de 21e eeuw. Maar zo is het niet. Ook Martha wordt als contemplatief voorgesteld, zei het in de actie. In haar arbeid legt ze Gods eigen liefde en dienstbaarheid.
Oppervlakkige tegenstelling
De tegenstelling tussen Martha en Maria is alleen aan de oppervlakte aanwezig. Wie dieper kijkt, ontdekt dat beiden Jezus gastvrij verwelkomen, zei het op een andere manier.
Zo is het toch ook bij ons, wanneer wij gasten ontvangen. Uiteraard zorgen we dat de hapjes klaarstaan en brengen we de wijn of frisdrank aan. We willen niet dat onze gasten iets tekort komen. Maar als we de hele tijd in de keuken blijven en onze gasten alleen laten, scoren we geen hoge punten. Integendeel.
Een wezenlijk deelvan gastvrijheid ligt in aanwezigheid. We schenken onze gasten iets heel kostbaar als we bij hen gaan zitten en naar hun verhaal luisteren: onze tijd en aandacht. Meer nog dat de best bereide maaltijd kan een gast zich onthaald voelen als we hem of haar oprecht beluisteren.
Dienen en luisteren, twee zijden van hetzelfde muntstuk van de gastvrijheid. Beiden hebben hun plaats.
Het beste deel
En toch brengt Jezus zelf een rangorde aan. Want Maria, die hem beluistert, heeft het beste deel gekozen, zo horen we. Wat kan dat betekenen?
Toen de heilige Benedictus van Nursia zijn beroemde Regel schreef, die tot op vandaag het leven in de grote contemplatieve kloosterordes regelt - en die ook in de bedrijfswereld furore maakt, bouwde hij die regel op het evenwicht tussen gebed en werk (ora et labora), contemplatie en actie, strijd en aanbidding.
En inderdaad, voor de monnik of moniale vormen zijn of haar deelname aan het koorgebed, stil gebed en de uitoefening van zijn of haar dagtaak een eenheid. Vanuit het ochtendgebed wordt hij of zij aangespoord tot het werk van de dag. En dat werk krijgt zin en betekenis wanneer het in het avondgebed weer bij God wordt gebracht. Ook doorheen de dag wisselt de monnik tijden van gebed af met werk en actie.
In onze samenleving nemen we vaak de vlucht vooruit. Gedreven door onze overvolle agenda en de snelheid van e-mailverkeer nemen we nog amper de tijd om af en toe even stil te staan bij het waarom van onze dadendrang. We zijn moderne Martha’s, die zo opgaan in hun dagelijkse stress, dat ze uiteindelijk het licht niet meer zien waarin ze hun werk verrichten. Geen toeval dat burn-out de ziekte van deze tijd is.
Als Jezus het luisteren en stilvallen van Maria duidt als “het beste deel”, dan wil Hij daarmee geen afbreuk doen aan het zwoegen van Martha. Maar Hij wil er wel op wijzen dat doen zonder denken niet loont. En dat het de moeite waard is af en toe stil te vallen, letterlijk op verhaal te komen. En te luisteren naar wat God ons doorheen mensen te vertellen heeft.
Alleen wanneer onze daden gevoed worden door en vanuit een luisterend hart, kunnen wij God gastvrij verwelkomen.
Comments